Loon naar werk
De arbeiders kregen op de voorman na geen vast salaris, maar stuksloon. Ze werden uitbetaald naargelang er geproduceerd was. De productie in de aardappelsiroopfabriek werd gemeten in oxhoofden. Een oxhoofd is een oude inhoudsmaat, dat vooral bij in de wijnproductie wordt gebruikt.
Het werk in de aardappelmeelfabriek
De aardappelmeelfabriek in Foxhol heeft voor veel Stege’s voor brood op de plank gezorgd. Bernardus heeft er in ieder geval langere tijd gewerkt. Op loonlijsten en weekstaten van 1871 t/m 1874 en 1882 staat Bernardus als werknemer vermeld
Overzicht gezinnen toegevoegd
In het menu personen is het item “Gezinsoverzicht afstammelingen” toegevoegd. Hierin staan alle gezinnen in de mannelijke lijn genoemd, die afstammen van de stamouders Berend Harms en Geertruid Berends. Kies je voor dit item dan kun je jezelf positioneren in de stamboom.
De W.A. Scholten aardappelmeelfabriek
Bernardus is zijn leven lang arbeider. Eerst als dagloner, later in vaste dienst van de aardappelmeelfabriek van W.A. Scholten in Foxhol (Hoogezand). Aangezien ook stamvader Berend Harms de naam Scholten gebruikte zou mogelijk een link kunnen bestaan met deze Scholten.
Landbouwer
De grond die Bernardus bij het huis kocht was groot genoeg om naast het woonerf een stuk als moestuin te gebruiken. Het was een extra mogelijkheid om in het levensonderhoud te voorzien. Bernardus geeft bij het eerdergenoemde huwelijk van zijn dochter Jantje aan dat hij landbouwer van beroep is.
Het beklemrecht
Het beklemrecht is een vorm van erfpacht die vrijwel alleen in de provincie Groningen voorkomt[1]. De pacht wordt voor onbepaalde tijd vastgesteld en de pachter (ook wel meijer genoemd) betaald een vaste huursom die niet kan worden aangepast. De beklemming kan niet worden opgesplitst, waardoor percelen hun oorspronkelijke grootte blijven behouden.
Bernardus koopt een huis in Westerbroek
De blauwogige Bernardus woont in Foxhol als hij op 26 jarige leeftijd trouwt met Johanna Börger uit Hoogezand. Johanna is een kleermakersdochter uit een gezin met maar liefst 16 kinderen. Haar vader, Norbertus Börger, is afkomstig van het Duitse Damme en haar moeder, Jantje Kajans, is in Hoogezand geboren.
Finaal afgekeurd
Net als iedere jonge man moet Bernardus in 1841 gekeurd worden voor de nationale militie. Hij is zeer goed tot arbeid in staat en in die periode is hij als dienstknecht werkzaam. Toch komt hij niet door de keuring en wordt hij “finaal” afgekeurd wegens een “ligchaamsgebrek”.
Bernardus maakt indruk
De werkelijke reden voor Bernardus om zijn naam te schrijven was de komaf van zijn kersverse schoonzoon. Gerardus Eijsink was namelijk een zoon van een fabrikant uit Haaksbergen. Als de schoonvader van zijn dochter een belangrijk man was, was het voor Bernardus ook belangrijk om zich van zijn beste kant te laten zien.